Vandaag lees ik dat een eilandstaat in de Stille Oceaan op zoek is naar grond. Aangezien het water de honderdduizend inwoners bijna letterlijk aan de lippen staat, wil de regering elders grond voorzien. Dat elders is Fiji en dat ligt 2000 kilometer verderop.
Op zich is daar niets mis mee. Fijn dat de staat Kiribati zijn burgers niet gewoon aan hun lot overlaat. Maar mensen en masse verhuizen lijkt me niet echt de beste oplossing voor het probleem: de wereld is overbevolkt. We zijn met te veel en Moeder Aarde wreekt zich.
In de Middeleeuwen loste de pest dat probleem al eens op. De Zwarte Dood roeide in de veertiende eeuw ongeveer een derde van de toenmalige Europese bevolking uit, enkele slordige tientallen miljoenen. Vandaag zouden dat 165 miljoen mensen zijn. 165 miljoen Europeanen minder. Dat zou nog eens ademruimte creëren.
Tegenwoordig is dat al een pak moeilijker. De pest is uitgeroeid en van de kroep moeten we ook niets meer verwachten. Daar hebben we inmiddels genoeg vaccins tegen. Elke dag vinden we wel een ander geneesmiddel uit en technologische vooruitgang wordt overal ter wereld ingezet voor een (al dan niet) beter leven.
Wat een geluk dat Moeder Aarde niet opgeeft en ze ziektes creëert waar we niks tegen kunnen beginnen. En dat ze zorgt voor streken waar van technologische vooruitgang niets terecht komt (of alleszins niet voor een beter leven). Maar gelukkig wonen wij niet in zo’n streek. Wat een geluk!
Tot het op een dag te laat is, wanneer het water aan onze lippen staat en het enige wat achterblijft een stomverbaasde uitdrukking op ons verdronken gezicht is.